zondag 10 april 2016

Pasen 2016, de Grote Schoonmaak

Het doel was duidelijk: een Grote Schoonmaak!
Te lang reeds werkte onze eigen rommel ons op de zenuwen: Over het ganse huis, van de kelder tot de zolder lagen hopen rommel verspreid. In het begin enkel in de hoeken waar het schijnbaar geen kwaad doet, maar het is een universele eigenschap dat rommel langzaam maar zeker alle beschikbare plaats inpalmt. En daar zijn we op dit moment aanbeland. Tijd voor actie!

We vertrokken zaterdag tegen de middag. Er was geen haast. De rommel moest nergens heen. De reis verliep heel vlot door Lille en Parijs. Geen problemen aan de grens ondanks de terreurdreigingen. Het was nog licht toen we aankwamen. Op tijd voor een goed aperitief (Picon - vin blanc) en een bord Confit de Canard met groene linzen. Een van de potten config was waarschijnlijk onvoldoende gesteriliseerd want de geur die me tegemoet kwam toen ik de pot opende was echt verschrikkelijk. De confit krijgt een staatsbegrafenis in de tuin. Ik kan dit toch moeilijk in de vuilbak gooien. Het hele dorp zet het op een lopen...

We begonnen rustig aan de werkweek. Niemand is gebaat bij een frontale aanval. Het was trouwens zondag, niet?
We begonnen met een trip naar de markt in Azé om wat kaas te kopen en we maakten van de gelegenheid gebruik om in die omgeving enkele sites te bezoeken die deelnamen aan les journées des metiers d'art. Zo bezochten we Jacques Cousin, een fotograaf in Saint Maurice de Satonnay, die vooral werkt met alternatieve procédés. We hadden een aangenaam gesprek met de fotograaf over enkele Gentse wetenschappers die in de begindagen van de fotografie toonaangevend waren in Europa. Zo was hij vertrouwd met het werk van Desire van Monckhoven.
Er was een kleine maar mooie tentoonstelling met werk van enkele dorpsgenoten die elk een reeks van vier beelden maakten met een groot-formaat camera.
Over de middag gingen we iets eten op de Mont Saint Romain en na de middag reden we opnieuw huiswaarts langs Cormatin waar we ook nog het pottenbakkerscollectief "les Communs" bezochten. Ik kocht voor Pascale een mooie schaal van Corine Betton.
Hoewel we die dag geen fysieke arbeid verrichtten lieten we ons de spiering kotelet met mosterdsaus smaken. We zouden de extra calorieën er de volgende dag wel afwerken...

De volgende morgen begonnen we met het opruimen van de zolder en de kelder. Er lagen heel wat oude houten planken, enkele nog bruikbaar maar de meeste waren ofwel rot ofwel enkel goed voor de haard. De rotte planken werden verzameld voor het containerpark en de andere werden met de kettingzaag in hapklare brokken gezaagd. Ik denk dat ik die dag een hele kubiek oud hout heb verzaagd. Naast oud hout lagen er ook overal hopen afgekapte stenen en brokken oude kalk. Dat moest allemaal in zakken. Ik heb van mijn hart een steen moeten maken om enkele kapotte, maar toch eeuwenoude ramen klaar te zetten voor het containerpark, maar niet na ze voor een laatste maar in detail te fotograferen.


Pascale kwam die dag tegen tegen half acht met de trein aan in Mâcon. Ze kon pas maandag naar Suin komen omdat eerst Marie op JNM kamp moest vertrekken. Het was haar eerste kamp als leiding en Pascale wou haar wel helpen om alles te pakken.
Vandaag hadden we ons avondeten meer dan verdient: Bulgur met ratatouille en boerenworst. Pascale was bijzonder blij dat ze er was. Ze had een weekje rust meer dan nodig.


We ruimden de volgende dag gewoon verder op terwijl Pascale op bezoek ging bij Cathy om bij te praten over de voorbije maanden. Het weer was somber met regen en mist. In de namiddag gingen we op bezoek bij de smid om te zien waar we stonden met de schouw. Hij moest alles nog eens opnieuw opmeten (da's nu al de derde keer). Hij had de brief die Pascale hem schreef om hem te waarschuwen voor ons bezoek goed ontvangen.
Pascale wou die avond een lekker biefstuk eten met sla en brood. Dat was voor ons geen enkel probleem.

Woensdag was het bijzonder druk met in de voormiddag de wekelijkse markt in Charolles (waar we opnieuw chichorée kochten, om deze keer te eten als salade met wat gebakken spek!) en na de middag twee maal met de aanhangwagen vol rommel naar het container park. En nog was onze werkdag niet om. In de namiddag hebben we onze afgeknakte, dode boom in stukken gezaagd. Het was geen makkelijke opdracht; de boom zat immers vervlochten met de wilde kriekenboom. Het was  een beetje te vergelijken met een mikado: welke tak en in welke volgorde kunnen we afzagen en verwijderen zonder dat de hele boom naar beneden kwam. Na een paar zwaardere takken te hebben opgeruimd konden we de hele stam met behulp van een paar oude klimtouwen van Marie uit zijn kluwen opheffen en eens in zijn evenwichtspunt met wat gestuurd trekken in onze tuin laten vallen. Spannend maar het viel nog best mee. We hadden de boerenkip meer dan verdiend.


Daar we de smid intussen een beetje kennen gingen we de volgende dag toch maar eens langs om te zien hoe de werken vorderden. Ze waren zowaar met drie mensen bezig aan de avaloir. Het wordt een serieuze constructie. Hij komt het beest de volgende dag plaatsen. Terwijl Pascale en Frank naar de Briconautes in Cluny reden om, dacht ik, op zoek te gaan naar een passende douchecabine (voor onze te kleine douchebak; geen sinecure...) heb ik de volledige tuin kort gezet met de bosmaaier.
's Avonds kwam Cathy eten. Ik maakte een risotto met pompoen en die viel best in de smaak.
We spraken af dat we de volgende morgen de platte dakpannen (een duizendtal) die Cathy nog in haar tuin onder een oud afdak had liggen zouden helpen opruimen. De ene helft konden we stockeren in onze kelder, de ander helft onder een groter afdak, naast onze aanhangwagen. Gelukkig heeft Cathy twee kruiwagens. We zijn bijzonder blij met die bakpannen. Een van de komende jaren gaan we toch eens naar ons dak moeten laten kijken en dan zijn een hoop extra pannen heel welkom. Die oude, platte pannen zijn bijzonder moeilijk te vinden en als je ze vind zijn ze meestal nogal prijzig.

De grote dag was aangebroken. Vandaag komt de smid met het schouwstuk. We moesten met drie zijn om het beest de trap op te krijgen. Plaatstaal van 3mm weegt heel wat...
De constructie zelf was eenvoudig maar erg handig. Onderaan een klep die met een ketting kon dichtgeklapt worden en die in evenwichtstoestand automatisch openklapt, dus erg veilig als de ketting zou breken. Er is geen enkele rechte muur in ons huis en er kwam nog wat breek- en slijpwerk aan te pas om alles te doen passen. Er zat vooral een grote steen in de weg en die was met geen drilboor te breken. De vonken schoten er langs alle kanten af. Het enige wat hielp was met een goede steenboor gaten te boren, zo de steen te verzwakken en dan beetje bij beetje te kleinen.
De gaten tussen de avaloir en de muur werden vakkundig gedicht met pleister, een materiaal dat bijzonder brandwerend is . Het is uitermate belangrijk dat de avaloir geen rook "lekt". Het zal met Hemelvaart nog een hele karwij worden om de muur mooi af te werken en perfect te laten aansluiten op de schouw.
Na de arbeid hebben we met de smid nog een goed glas bier gedronken. Frank had enkel flessen Liefmans Goudenband mee en de smid was heel te spreken over het bier ("une vraie biere de luxe").


Die avond kregen we een boodschap van Marie. Het kamp werd getroffen door een virus en de helft van de kinderen én de leiding was ziek met darmklachten. Waarschijnlijk iets verkeerd gegeten ofwel zat er iets in het water want een scoutsgroep die in de buurt op kamp was had ook problemen. Misschien toeval, maar misschien ook niet. We besloten dus wijslijk om zaterdag reeds naar huis terug te keren om Marie op te vangen als ze thuiskwam. Zonder veel stoppen zijn we zonder problemen naar huis gereden.

Het was een heel goede en vruchtbare week. We hebben veel kunnen opruimen en we kunnen opnieuw met een schone lei aan de laatste fase van de verbouwing beginnen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten