maandag 30 september 2013

Interludium (Sept 2013)

Jo kon deze keer niet mee naar Suin, maar omdat ik een afspraak had met de smid voor het afdak op de schouw en omdat ik wou zien of er geen waterinsijpeling was op de slaapkamer boven de keuken vertrok ik op mijn eentje voor een lang weekend naar Frankrijk.

Het weer was bijzonder aangenaam en de thuisblijvers hadden ongelijk. Veel werk was er niet te verzetten buiten een grondige opkuis van de keuken en de slaapkamer na de werken deze zomer. Mijn schouwafdeksel heeft goed stand gehouden en er stond slechts een minieme hoeveelheid water in de opvangbakken.

Naast opkuisen ben ik 's avonds en 's morgens veel gaan wandelen op de butte...

... en in het bos.
steunpunt van La Pierre Qui Croule
Een paar maand geleden bezorgde Jean-Luc ons een document uit 1823 met een uitgebreide werkbeschrijving van broodnodige werken aan het huis (meer details in een latere aflevering over de verschillende renovaties aan het huis) en een van de deducties was dat er toen van een buitentrap geen sprake was maar van een stenen binnentrap en dat de hoofdingang dus niet via de rechter toren liep maar via de huidige kelderdeur. Die bijzondere binnentrap bevond zich in de rechter gedeelte van de kelder en liep dan naar boven naar de huidige keuken (waarvan de vloer wel een dikke meter lager lag dan nu). Ik wil hier nu niet teveel vooruit lopen op die later aflevering, maar ik wou nu toch eens zien of er in de huidige kelder sporen terug te vinden waren van de vroegere hoofingang... En jazeker, onder wat ik vroeger aanzag als gestampte aarde lag een oude tegelvloer. Versleten, dat wel, maar onmiskenbaar! We zijn nu wel moreel en historisch verplicht om de volledige vloer bloot te leggen. Wat we er daarna met gaan doen is nog niet duidelijk...

Bij de beenhouwer in St-Bonnet lag een foldertje met een uitnodiging een lokale varkenskweker (Ferme des Blancs in Colombier-en-Brionnais) te bezoeken op hun jaarlijkse open deuren. Ik was wel geïnteresseerd. Op weg naar Colombier-en-Brionnais passeerde ik eerst langs Bois-Sainte-Marie, een klein dorpje in de Brionnais met een bijzonder mooie romaanse kerk. Vooral de kapittelfiguurtjes en het atrium met een dubbele zuilenrij alleen al zijn de moeite waard.

Na Bois-Sainte-Marie was het tijd voor het bezoek aan de boerderij en dat was toch wel een openbaring. De varkens worden van jongs af volledig buiten opgekweekt en de ruimte die ze tot hunner beschikking hadden gaf een heel nieuwe invulling aan de term "met vrije uitloop". De beesten zitten met vier tot zes op een stuk wei van toch wel een half voetbalveld groot (minstens 100M² per dier). En ik die altijd dacht dat een varken een traag en log dier was maar toen ik die varkens daar zag rondrotsen... Er zijn weiden voor volwassen varkens, voor jonge dieren en voor moeders met hun uitgebreide kroost. Er was een hele wandeling uitgestippeld langs het hele domein. In Vlaanderen ruik je mijlenver in het rond dat er ergens een varkenskwekerij is, maar daarvan is hier geen sprake. Een voorbeeld voor de hele sector... Naast de boerderij waar de varkens worden gekweekt maar ook geslacht en verwerkt waren er nog andere producenten uit de buurt, zoals een kippenkwekerij (waar we in november zeker eens naar toe moeten!), een slakkenkwekerij en zowaar de biologische wijnboer waar we deze zomer vruchteloos naar op zoek waren (domain des fossiles). Ik ging niet met lege handen weg...

Zaterdag kwam Gilbert 2 kuub hout leveren voor deze herfst en winter en kon ik helpen zijn koeien, die weer maar eens ontsnapt waren, terug te drijven.

De terugweg verliep voorspoedig langs mijn favoriete N71 (Beaune -> Troyes).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten