zondag 26 juli 2015

Zomer 2015: eerste week

Nu de ouders van Pascale gedurende de twee zomermaanden in een rusthuis konden verblijven, konden wij zonder zorgen aan de vakantie beginnen denken. Nicole en Laurent waren op hun gemak en met de nodige zorgen omringd en Pascale zou enkel halverwege onze vakantie met de trein heen en weer reizen om hen te bezoeken.

We vertrokken pas op zondag om op ons gemak de auto te kunnen laden en de grote drukte te vermijden, maar we waren amper op de autoweg richting het zuiden toen er een waarschuwingslampje ging branden: “problemen met de elektronische ontsteking” lazen we in de handleiding. Wat nu? Pascale wilde terug naar huis terwijl ik gewoon wilde doorrijden. Het lampje brandde enkel toen we boven 100km/u reden en als ik dan ietwat vertraagde en terug versnelde ging het lampje uit en bleef het uit.
Op zondag is er natuurlijk geen enkele garage open en daar we geen lid zijn van een autopechdienst hadden we geen zin hier extra voor te betalen. We besloten ons vertrek dan maar een dag uit te stellen en op maandagmorgen naar een Dacia garage in Lokeren te gaan.  Maar het is nog niet gedaan… Een half uur voor openingstijd stonden we al te wachten op de parking. Ze konden ons gelukkig onmiddellijk helpen maar toen ik de auto wilde voorrijden was onze achterband volledig leeggelopen. Hoe? Wat? Het was alsof de duivel er mee speelde! Hoe kwam dat nu weer? De band konden ze daar niet herstellen en ze verwezen ons door naar een bandencentrale iets verderop. Het probleem met het waarschuwingslampje was slechts een kleinigheid. Tijdens de autokeuring de week voordien was er een controledarmpje losgeschoten toen de controleur nogal bruut plankgas gaf om de verbrandingsgassen te meten. Zonder dat controledarmpje dacht de boordcomputer dat er onvoldoende oliedruk was (of zoiets). Het euvel was op een, twee, drie hersteld en koste ons helemaal niets. De band werd volledig opgepompt, voldoende om ons tot aan de bandencentrale te rijden, maar die maakten dan weer de brug omwille van de nationale feestdag de dag erop. We vertrokken dan maar op de reserveband. De kapotte band zouden we later wel eens herstellen…

Om tien uur waren we opnieuw op weg en nu zou niets ons nog tegenhouden. Tegen zeven uur waren we op onze bestemming. Diezelfde avond kwamen Marijn en Liesbeth nog langs. Ze waren boodschappen doen in Mâcon en op de terugweg stopten ze even en aten ze een hapje mee. Op die manier waren we na onze autoperikelen onmiddellijk in vakantiestemming. Het werd nog een bijzonder aangename avond.


Juni was uitzonderlijk droog en warm geweest en de natuur lag er verdord bij. De week voor onze aankomst is er een enorm onweer over het dorp getrokken met, naar men ons vertelde, een kleine windhoos. Als gevolg daarvan waren twee bomen in de hoge wei geraakt. Bij de gezonde es was een grote lage tak afgebroken waardoor de boom bijna tot op de grond in twee gespleten was. Zoals je kan zien op de foto miste de boom ons huis op een haar.
Bij de dode es, die we al een tijdje wilden omleggen, was de kruin een halve slag gedraaid, afgebroken en naast de stam terechtgekomen. Het moet een enorme kracht geweest zijn. De wilde kersenboom die tussen de twee essen staat heeft de windhoos wel overleefd. De geknakte dode es is ongevaarlijk en die kunnen we deze winter zelf wel kleinen maar het is niet duidelijk wat er met de gesplitste es gaat gebeuren. Die boom staat op de wei die Gilbert pacht en we weten niet wie we daarvoor moeten aanspreken. Het zal de hele zomer door ons hoofd spelen en we zullen het afgesplitste deel van de boom nog missen. Die grote tak gaf ons immers veel lommer…

De eerste dagen verdwenen in de vergetelheid zonder dat er veel gebeurde. Pas op het einde van de eerst week kwam er een beetje verandering. Gerda en Martine, twee vriendinnen van Pascale, kwamen op hun fietstocht door Frankrijk langs Suin en bleven een nachtje slapen. Op dat moment hadden ze er al bijna 1000km opzitten en ze zouden er nog eens 1000km bijdoen vooraleer ze terug thuis waren. Chapeau!


Wegens de uitzonderlijke hitte en droogte was het formeel verboden vuur te maken en dus konden we de vuurput niet uitproberen. We moesten tot de tweede helft van de vakantie moeten wachten tot grootste droogte achter de rug was.


Op zondag gingen we naar de markt in Azé om een voorraad kaas bij Stéphane en vandaar reden we verder naar Blanot voor een rommelmarkt. Ik vond er, onder andere, een mooie, zware, gietijzeren braadpan (1 euro) en voor Pascale een mooie oude kader met een foto van twee jongetjes in matrozenpak (echt mooier dan het klinkt! 2 euro). Op rommelmarkten kijk ik steeds uit naar fotografie spullen. Meestal is het niet veel soeps maar deze keer zag ik een Nikon FM camera met een 55mm f2.8 macro lens. De camera zag er prima onderhouden uit en ik kon afbieden van 75euro naar 50euro. Ik kocht de camera voor Marie en ze was in de wolken... Het is klaarblijkelijk terug "cool" om met een oude camera foto's te maken. De komende dagen en weken was het een hele zoektocht naar filmrolletjes (kleur en zwart-wit).

Na al die rommel reden we naar de Mont Saint Romain voor de lunch. Vanop de Mont St Romain is er een mooie point-de-vue vanwaar we Suin eens van de andere kant zagen. We aten op het terras met zicht op de Mont Blanc. Mooi!
Op de terugweg pikten we nog een rommelmarkt mee en een vide-maison: een oud huis van een wijnbouwer met een grote binnenkoer en een ommuurde (groenten)tuin. Iets helemaal anders dan bij ons maar heel aardig. De foto's van het salon zegt veel over de hobby's van de vorige bewoners (jacht en visvangst...). Hopelijk behouden de nieuwe bewoners minste een stukje van het behangpapier. Het zou zonde zijn dat dit zou verdwijnen...


Voilà, we zijn weer vertrokken. Volgende week beginnen we nog wat te werken ook...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten